Nummer 1 op de agenda: De fitheid van onze medewerkers

We zitten nu in een volgende fase: reguliere zorg start weer op

Het gaat nu goed. We hebben veel van onze medewerkers gevraagd de afgelopen tijd. Maar we zijn er goed doorheen gekomen. En we zitten nu eigenlijk in een volgende fase waarin we de reguliere zorg weer opstarten. Door COVID-19 is namelijk veel van die zorg stopgezet. De focus moest echt op het bestrijden van het virus. Gelukkig is het aantal coronapatiënten bij ons nu heel klein en kunnen we ook andere zorg weer oppakken.

Sommige medewerkers zijn blij en opgelucht. Anderen hebben behoefte aan wat rust.

Ik merk aan collega’s dat ze verschillende behoeftes hebben nu. Aan de ene kant zijn ze heel blij dat het ‘gewone werk’ weer opgepakt kan worden. En dat ze weer gewoon kunnen werken. Collega’s die op de polikliniek werkten, hebben vooral thuis gezeten. Dus die staan te springen om weer aan de slag te gaan! Maar er is ook een groep die zo hard heeft gewerkt de afgelopen tijd dat ze het nu echt wat rustiger aan willen doen. En dat is heel begrijpelijk. Dus daar proberen we echt rekening mee te houden.

Waar ik het meest trots op ben? Ik vind het heel moeilijk om maar 1 ding te kiezen!

Er is zoveel om trots op te zijn. Ik kan heel moeilijk maar 1 ding noemen. Daarom  noem ik er een paar. Ik heb versteld gestaan van de eindeloze energie van collega’s. De bereidheid om bij te springen en samen hun schouders onder deze crisis te zetten. Het gemak waarmee medewerkers nieuwe samenwerkingen zijn aangegaan toen ze opeens in een ander team terecht kwamen is nog zoiets waar ik écht trots op ben.

En er is een andere groep waar ik trots op ben: mijn collega’s die van de een op andere dag wel thuis kwamen te zitten. Denk aan medewerkers in een polikliniek. Ik vind het heel bijzonder dat ze bereid waren om dat te doen én tegelijkertijd betrokken bleven bij wat er in het ziekenhuis gebeurde.